Stukadoor
Een stukadoor is iemand die een afwerklaag aanbrengt op muren of plafonds. Deze afwerklaag kan bestaan uit verschillende samenstellingen. Vroeger werd er veel gewerkt met specie, zand en klei. Tegenwoordig wordt er veel gebruik gemaakt van gipsmortel. Dit kan worden aangebracht met een machine op de muur of het wordt op het plafond gespoten.  Om dit mooi af te werken maken stukadoors gebruik van stucprofielen. Deze stucprofielen zorgen voor een goede geleiding en ook dat het werk heel blijft en niet gaat scheuren.

Stucwerk

In het stucwerk zijn er veel verschillende soorten. Hierbij wordt er gekeken naar welke methode het beste bij de ruimte past. De meest bekende stucwerken zijn:

  • Spackspuiten
  • Spachtelputz
  • Sierwerk
  • Raap- en pleisterwerk

Tips om zelf te stuken

  • Zorg dat de ondergrond niet zuigend is door deze voor te strijken, anders kan de mortel snel hard worden.
  • Zorg voor voldoende verlichting, zo is het beter te zien of de muur strak is.
  • Voor het schilderen of behangen moet alle vocht uit de muur zijn

Gereedschappen die worden gebruikt

  • Vloerplakspaan of pleisterspaan spakmes: Dit is een rechthoekig stuk platstaal met een handvat, wat zowel op de vloer als op de muren worden gebruikt.
  • Rubber schuurbord: Hiermee worden muren glad gestreken.
  • Stukadoorstroffel: wordt gebruikt om de aangemaakte specie of gips op het raapbord te doen.
  • Paleerijzer: wordt gebruikt voor het fijnere stucwerk
  • Houten spaan: wordt gebruikt om de gipsspecie of kalk en gips pleisterspecie op de muur aan te brengen.
  • Raapspaan: wordt gebruikt voor het rapen van de muren
  • Spacksmes: hiermee worden de muren gepleisterd
  • Rei: wordt gebruikt om de muren die gesmeerd zijn glad te trekken. Bij gips is dit van aluminium en voor kalkspecie van hout.

Pleisterwerk en raapwerk

Of er gebruik gemaakt wordt van pleisterwerk of raapwerk is afhankelijk van de ondergrond en de dikte van de laag. Pleisterwerk: de pleisterlaag is relatief dun en dus geschikt om als een goede onderlaag aan te brengen. Pleisterwerk bestaat uit gips en/of kalk en heeft als doel om de muren vlak te krijgen. Naderhand zal de muur verder afgewerkt worden door de muur te behangen of te sausen. Raapwerk: voor ruwe ondergronden is raapwerk een betere keuze dan pleisterwerk. Raapwerk is namelijk goed geschikt voor scheve en ongelijke wanden. De dikte van de gipslaag wordt zo verdeeld dat het eindresultaat weer waterpas is.

Dit artikel is geschreven in samenwerking met Ruverko.be.